Een mondkapje draag je in eerste plaats niet voor jezelf, maar voor de ander. Ook als je je niet ziek voelt, al ziek geweest bent maar weer beter, of zelfs als je je kiplekker voelt, dan nog is het goed om een mondkapje te dragen bij andere mensen in de buurt. En dus is het belangrijk dat je een goed passend mondkapje draagt.
Een goed zittend mondkapje sluit rondom af bij je wangen, je kin en dus ook bij je neus en onder je ogen. De in- en uitgeademde lucht gaat altijd geheel door het materiaal heen.
Om van een mondkapje een goed passend mondkapje te maken zijn er enkele simpele maar doeltreffende oplossingen;
- Een neusklem is onmisbaar, zodat het ook rondom je neus en bij je wangen goed aansluit.
- Heb je een baard of langere stoppels? Scheren.
- Zoek een patroon voor een mondkapje dat bij jouw gezicht past.
Zelftest, is mijn mondkapje goed passend?
Dus kun je het beste een mondkapje maken of bestellen wat een goede pasvorm heeft. Wat is dat dan? Elk beetje lucht wat niet dóór het mondkapje wordt in en uitgeademd is een risico en zorgt dat het dus een niet passend mondkapje is.
- Was je handen
- Plaats het mondkapje voor je mond en neus (trek de vouwen eventueel uit zodat het over je kin en neus valt)
- Doe de strikjes / bandjes / elastiekjes zo goed mogelijk, zodat het mondkapje rondom aansluit
- Druk op de neusklem om deze naar je gezicht te vervormen
- Controleer het mondkapje; Plaats je handen om het mondkapje heen en controleer of er lucht langs ontsnapt.
Voel je nog lucht ontsnappen? Probeer dan een van de volgende dingen
- Knoop het mondkapje anders (soms betekent dat dat de strikjes anders dan op het “plaatje” moeten zitten.
- Maak aanpassingen aan het patroon zodat het beter past
- Probeer een andere maat
- Controleer of het mondkapje wel van ademend materiaal is gemaakt (zo niet, gebruik het niet).
Waarom de pasvorm belangrijk is
Je ziet hieronder wat er gebeurt als je een keer hoest, zonder mondkapje, met chirurgisch mondkapje, met een FFP3 en een spatkap.